
Wel een klein detail, namelijk een pasfotootje van zijn broer, dat hij meegenomen had. Als broers hadden ze die uitgewisseld, mocht een van hen beide niet meer thuiskomen. Gelukkig kwamen ze allebei op andere tijden terug. Het fotootje zwerft nog steeds in mijn grote doos ‘bewaarfoto’s’.
Verder een verhaal dat hij regelmatig naar familie of boeren in de Hoeksche Waard fietste om wat voedsel mee te krijgen. Dat ging dan met een ouwe fiets over de toen aanwezige en uiteraard bewaakte Barendrechtse Brug. Soms had hij mazzel en mocht hij met een gevulde zak achterop terug naar huis, soms lukte dat niet. Bij een van die tochten werd er in Oud Beijerland een meisje per ongeluk doodgeschoten Barendrechtse Brug door een Duitser.
Foto 1940 Zuidfront
Bij zo’n noodgedwongen tocht kreeg hetzelfde broertje, inmiddels een eerbiedwaardige overgrootvader van al lang 83 jaar, een konijn van wat Duitsers die gelegerd waren in de school aan de Zegenstraat. Was het een daad van barmhartigheid of een poging tot vergiftiging? Erg gerust was mijn vader daar niet op en hij liet een jongere broer uit de Zegenstraat, Meeuwis, een en ander controleren. Geen idee hoe! En ik moet nog eens navragen of het beestje ooit is geconsumeerd. Dat is vijf jaar oorlog samengevat in nog geen pagina. En nog steeds verwijt ik mezelf dat ik niet nieuwsgieriger ben geweest toen het nog kon. Goed, mijn vader was geen prater en wellicht wilde hij er ook helemaal niet over praten. Wat ik zeker weet is dat hij geen man was die met branie al zijn daden in de oorlog zou rondbazuinen, maar met enige tact en besef op het juiste moment, had ik een heel veel duidelijker beeld kunnen scheppen wat er zich nu werkelijk op Charlois gebeurde in vijf onzekere jaren.
Totdat het jaar 2005 kwam en het aandacht kreeg dat er 60 jaar vrede was en er op een speciale manier aandacht moest worden besteed aan de Tweede Wereldoorlog.
Natuurlijk werd er elk jaar breed over uitgeweid op TV en in kranten, maar dit jaar wilde de redactie van SHC in het bijzonder aandacht schenken aan wat er op Charlois in de oorlog leefde, maar ook hoe Charloissers ervaringen elders beleefden.
Er werd besloten de verhalen, die we over alle jaren heen toegezonden gekregen hadden en wat we na een oproep zouden binnen krijgen, te bundelen in een speciale uitgave. De opzet was met behulp van subsidie dit te bewerkstelligen door ook aan de hoogste klassen van de lagere scholen in Charlois de uitkomst ter beschikking te stellen. Zo waren er bijdragen van: Deelgemeente Charlois, het Prins Bernhard Cultuurfonds, Stichting Bevordering van Volkskracht, G. Ph. Verhagen Stichting,
De Erasmus Stichting en het Oorlogsverzetmuseum Rotterdam.
Uitreiking oorlogsblad v.l.n.r. Dick Lokhorst, Dirk Moerkerken en Henk van Eijk
Helaas is de gehele oplage slechts verspreid over scholen en donateurs van SHC en het Oorlogsverzetmuseum, maar is wellicht nog als digitaal exemplaar te verkrijgen. Zelf heb ik die opzet nog wel in pdf vorm. Circa 3MB groot. Inmiddels zijn we nu 75 jaar verder en al die verhalen blijven uiteraard actueel en waard om doorgegeven te worden.
Wat me het meest bijgebleven is een interview dat ik mocht hebben in het verre Friesland in een piepklein plaatsje Menaldum geheten. Een interview dat waarschijnlijk nooit had plaatsgevonden als de econoom professor Arnold Heertje en vader van Raoul Heertje niet bij de mevrouw die ik interviewde erop had aangedrongen haar verhaal te vertellen. Waarom, dat werd me duidelijk, in het gesprek. Arnold Heertje had bij diverse Gereformeerde gezinnen in de Haarlemmermeer ondergedoken gezeten en overleefde. Zijn ouders overleefden de oorlog ook en dank zij een moedige Charloisse moeder en dochter uit de …Gouwstraat.
Het zwijgen al die jaren werd mij gedurende het gesprek duidelijk. Jarenlang hadden moeder en dochter uiterst zuinig met hun woorden moeten zijn. Simpelweg… je zou je mond kunnen voorbijpraten en een ongewenst oor zou het opvangen en er misbruik van maken en een en ander aan de bezetter doorgeven. Hoe minder je erover sprak, hoe beter en mevrouw verzekerde me dat het na de oorlog nauwelijks ter sprake is gekomen in de buurt van onbekenden. Zo zat het erin gebakken. Zwijgen is goud.
In elk geval kunnen we concluderen dat deze 2 buitengemeen verstandige vrouwen, moeder en dochter, bewonderenswaardig werk hebben verricht. Zoals gezegd overleefden de grootouders van Raoul Heertje de verschrikkingen van de oorlog en ontliepen de dreiging van gevangenschap en de absoluut afgrijselijke afloop daarvan voor miljoenen mensen. Aan het einde van het interview wordt een ander drama duidelijk. Vader Vork, de echtgenoot en vader van de beide vrouwen deed ondergronds verzetswerk. Veelal werkte hij als werknemer voor een project in Arnhem en was daardoor slechts in de weekenden thuis. Tot in 1944 hij opeens niet thuis kwam. Vanwege zijn ondergrondse werk was hij verraden door een N.S.B-er en zonder enige vorm van proces door een Duitser geëxecuteerd op de oprit de Rijnbrug in Arnhem. Daar lag hij eerst 5 dagen in het zicht van iedereen, aldus ooggetuigen, men moest hem toen begraven op die plek, echter de Rijnbrug werd weggevaagd door bommen. Het lichaam werd nooit gevonden. Moeder kreeg ooit nog wel zijn ring die van zijn hand was gehaald. Vader Vork werd geprezen voor zijn verzetswerk en kreeg zoals mevrouw Heerbaart-Vork het vertelde een stuk zand en een boom in de woestijn in Israël. Uiteraard zeer terecht, maar mevrouw Heerbaart-Vork vond wat haar moeder had gepresteerd minstens zo sterk en moedig. Cornelia Maria Heerbaart- Vork werd 84 jaar. Veel ouder dan haar vader Bernardus Nard Vork, die maar 51 jaar mocht worden. Ik heb haar maar 1 dag meegemaakt, alweer zo’n 15 jaar geleden. Het beeld van de streekbus die me langs Provinciale weg in Menaldum afzette. Het weggetje naar de eerste woningen. Het toilet kon niet gebruikt worden, want het water stond tot aan de bril. Samen een boterhammetje eten, want ik was toch wel wat uurtjes onderweg geweest en toen een ongelofelijk ontroerend verhaal. Aan het eind van de middag werd ik netjes afgezet met de auto bij station Leeuwarden, want de bus reed echt niet elke 10 minuten. De lange tocht terug al starend naar het voorbijflitsende landschap, leverde een knetterend hoofdpijn op. De volgende dag moest ik alles uitschrijven voordat het zou wegzakken. En tenslotte bleef daar voor mij het onuitwisbare beeld van een krachtige vrouw die eigenlijk niet wilde praten, maar haarfijn over een bijzondere periode in haar leven uiteindelijk toch anderen deelgenoot maakte. Eigenlijk zou Oud-Charlois hiermee iets moeten doen, een gedenktegel in de Gouwstraat op de hoogte waar ooit Niesje Koster haar winkeltje had. En zo niet, dan zouden al die verhalen destijds in het speciale oorlogsblad of het net niet haalden ergens dagelijks leesbaar moeten zijn. Moet geen onmogelijk opgave zijn in het digitale tijdperk, toch?
HW
P.S. Ik schreef dit artikel al op 1 maart van dit jaar en las op de website van SHC dat men bij hen, mits de donatie van 2020 betaald is, een verzoek in kon dienen voor een digitale versie van het jubileum oorlogsblad van destijds.
U kunt het vinden op het Internet op het volgende adres: https://historisch-charlois.nl/
Tevens las ik enige tijd terug dat professor Arnold Heertje, vader van Raoul en zoon van het echtpaar, dat ondergedoken zat bij de familie in de Gouwstraat, overleden is.